Hoofdstuk 14

Bart geeft een flinke por aan Jelle. Jelle slaat de elleboog weg. Dorian schopt tegen de zijkant van Jelle's voet en Jelle struikelt voorover, maar vangt zichzelf nog net op.

Hou op joh. Jelle kijkt snel om zich heen, maar er is geen leraar in zicht en ook Fred de conciërge is afwezig.
Tom en Sjoerd springen voor hem met gebalde vuisten.
Eh, durf je niet te vechten...kinderlokkertje! Ik zal je is mores leren. Je vader deugt voor geen centimeter en jij ook niet vuile verkrachter. Sjoerd haalt uit met zijn vuist en knalt Jelle recht in het gezicht. Omstanders schreeuwen en hitsen de aanvallers op.
Jelle probeert weg te komen, maar het lukt niet.
Om de hoek ziet hij Fons aan de grond genageld staan. Pure afschuw staat op zijn gezicht te lezen. Hij kan helemaal niks.
Jelle probeert te vechten uit alle macht, maar hij wordt tegen gehouden door een paar vierde jaars. Er moet snel hulp komen. Niemand neemt het op voor Jelle. De menigte leerlingen dromt om het gevecht. Een paar leerlingen staan op de uitkijk voor het geval de leraren of directie in zicht mochten komen. De conciërge zou nog lelijker reageren als hij hiervan zou weten.
Dan ziet Jelle Fons uit het zicht verdwijnen.. Jelle raakt in paniek. Het slaan en schoppen gaat door. Jelle wordt duizelig en hij heeft een bloedneus.
Opeens beginnen leerlingen te waarschuwen. Fred is onderweg en een groep leraren. In een record tempo verspreidt de menigte zich en is het alsof er nooit iets heeft plaats gevonden.
Jelle hangt versuft tegen de muur. Hij kan wel huilen en de spanning groeit boven zijn hoofd. Hij veegt zijn neus af met de rug van zijn hand. Zijn boeken en schriften liggen verspreid over de grond. Van zijn etui en rekenmachine is niet veel meer over. Hij begint zijn spullen bijeen te scharen.
Fred bukt langs hem.
Dat ziet er lelijk uit Jelle, kom eerst maar eens mee.
Meneer Theunissen van biologie raapt Jelle's spullen van de grond en stopt het in de rugzak.
Boven de wasbak spuugt Jelle wat bloed uit zijn keel.
Hou je neus maar hier vast.
Fred dept met een gaasje gedrenkt in sterilon de verschillende wondjes op het gezicht van Jelle.
Wat is er gebeurd Jelle. Het is wel duidelijk dat ze je te pakken hebben gehad.
Jelle zwijgt.
Ik moet dit rapporteren aan de onderdirecteur en de vertrouwenspersoon van deze school en je mentor.
Jelle zwijgt nog steeds.
Ik zal ook je moeder verwittigen wat er gebeurd is. Je kan zo niet naar huis.
Jelle zit op de blauwe stoel voor de kamer van de onderdirecteur.
Kom maar binnen Jelle. (Iedereen die de conciërge genoemd heeft, is aanwezig.)
Jelle vertel eens eerlijk wat er is gebeurd. (Zelfs Fred is erbij en kijkt ernstig naar Jelle.)
Ik , ik...ik ben tegen een deur aangelopen, verder niets.
Ik had beter uit mijn doppen moeten kijken....sorry.
Fred kijkt hem doordringend aan.
Onderdirecteur Fluitsma reageert gedecideerd.
Je wil de boosdoeners niet aanwijzen begrijp ik.
Want het is duidelijk dat dit niet gebeurd is door een deur.
Jelle kijkt naar zijn schoenen. Zijn voorhoofd bonkt nog steeds en een fikse hoofdpijn zeurt.
Mag ik naar huis...ik wil naar huis......
Eerst wil ik wat zaken op een rijtje hebben, voordat jij naar huis gaat.
Dit betreft een ernstige zaak.
Ik heb je oma beloofd jouw veiligheid op ons Thorbecke-college te garanderen.
Ik wil dat jij bevestigt dat er gevochten is. 
Jelle zwijgt en kijkt naar zijn schoenen.
Ik wil in elk geval dat je bevestigt dat er gevochten is!
Je hoeft de boosdoeners niet aan te wijzen, daar kom ik gegarandeert zelf achter, al moet de onderste steen boven komen!
Jelle knikt van ja.
Goed, het is duidelijk dat er gevochten is. Ben jij zelf begonnen of zijn de anderen begonnen.
Jelle zwijgt en neemt zich voor niks meer te zeggen.
Fluitsma herhaalt de vraag.
Ik zeg niks meer, meneer Fluitsma! ik wil naar huis.
Goed, ik laat je door je moeder naar huis brengen.
Vanmiddag kom ik op huisbezoek en ben je hopelijk een beetje bekomen van de schrik.
We praten dan wel verder.
Jelle's moeder slaat een arm om Jelle heen en geeft de onderdirecteur een hand.
Samen vertrekken ze.
Jelle, waarom is er gevochten, liefje.
Ik zeg niks, mam.
Thuis kruipt Jelle onder de douche en daarna in bed. Uitgeput en leeg ligt hij op bed. Dan ziet hij het gezicht van Fons weer voor zich. Die blik vol afschuw van Fons. Ik vraag me af of Fons de conciërge en meneer Theunissen heeft gewaarschuwd….. Dat moet haast wel. De andere leerlingen zijn zo wraakzuchtig, die gaan echt geen schoolleiding of leraar waarschuwen en zeker niet Fred.
Jelle valt al snel in een onrustige slaap. Het lijkt wel of de hoofdpijn nog erger wordt. Oma heeft bij het horen van dit alles meteen haar huisarts gebeld. Jelle wordt wakker als de dokter op zijn slaapkamer staat. Na zijn onderzoek constateert hij een milde hersenschudding en de nodige kneuzingen en kleine wondjes.
Oma vraagt: dokter denkt u dat deze verwondingen veroorzaakt zijn door een gevecht of tegen een deur aan te lopen.
Nou mevrouw Huizinga, dit zijn duidelijk sporen van een vechtpartij.

Share by: