Hoofdstuk 28

Na een week is Jelle uit het ziekenhuis ontslagen. Fons is elke dag samen met opa bij Jelle op bezoek gegaan.

Opa van der Donk heeft in het ziekenhuis kennis gemaakt met Oma Huizinga en Jelle's moeder.
Het is net of deze mensen elkaar al jaren kennen.
Zowaar...... opa van der Donk kreeg oma Huizinga warm voor een cursus internetten bij de ouderenbond!
Op uitnodiging van Bert van Sölingen en zijn vriend Jan en opa van der Donk zitten Jelle en Fons in de woonkamer boven de oude fotozaak in Gaandeweg. Fons heeft altijd gedacht dat opa en Bert alleen fotorolletjes ontwikkelden en fotocamera's verkochten. Dat Opa een verwoed fotograaf was en is....?
Opa en Bert hebben wat oude camera's op tafel gelegd. Met deze box-camera heb ik de eerste foto's gemaakt. Teder raakt opa zijn oude camera aan. Ik wil nog wel eens foto's maken met deze camera. Ik neem aan dat je onze fotografische kunsten wil bewonderen? 
Dit zijn de eerste foto's van onze families. Hier zit je opa op een fiets van zijn vader. Kijk hier ….cafébezoekers van café Willemientje. Als de foto goed gelukt was, dan verkochten we die. En van dat geld kochten we weer fotospullen of een pilsje. Dat werd steeds schaarser.
Ik heb nog ergens een vervalste identiteitskaart van de tweede wereldoorlog, die jij nog gemaakt hebt. Ik heb hem nog altijd bewaard.
Heel eerbiedig pakt Fons de identiteitskaart aan. Ondertussen vertelt opa met welke technieken hij die kaart heeft vervalst. Hoe hij in die tijd urenlang heeft geoefend op handschriften. Hoe ze aan de juiste papiersoort voor zo'n kaart waren gekomen. Dat andere verzetsmensen daarvoor hun leven hadden gewaagd. Eigenlijk hebben wij nog een betrekkelijk veilig leventje gehad. Als je ziet hoe mijn vader zijn leven op het spel zette om die piloten door vijandelijk gebied te loodsen. Mijn petje voor hem af. Trouwens voor alle verzetsmensen.
Ik heb vier foto's gemaakt tijdens de tweede wereldoorlog:
Deze van een neergestort duits vliegtuig.
Van een familie die ontredderd naar hun gebombardeerd en brandend huis kijken.
Amerikaanse soldaten die Gaandeweg binnen marcheren in een triomftocht terwijl je in de verte de rookpluimen ziet van een gevecht.
En de laatste en de beste, de familie van Espen en alle personen die ze uit handen gehouden hebben van de duitsers.
Deze vier foto's heb ik apart bewaard. Jelle pakt het kleine album aan dat opa hem geeft.
Bert vervolgd: Vlak na de tweede wereldoorlog hebben we pas echt het fotovak geleerd van mijn vader. Hij was eigenlijk in hart en nieren een natuurfotograaf. Maar in tijd van schaarste kun je er niet van leven. Dit zijn foto's die hij nog gemaakt heeft. Daar straalt vakmanschap vanaf.
Je opa was goed in het fotograferen van gebeurtenissen voor een krant. Ik was beter in de bruidsreportages.
Hier heb ik een poging gewaagd om Familie van der Donk voor het nageslacht te bewaren in een foto. Kijk, dat is je opa en dat is je vader en oom Frits en je oma. Trots kijkt opa naar de foto.
Omdat ze nu koffie gaan drinken, worden de foto's even terzijde gelegd.
Jan Berk kijkt ernstig: Ik..eh...ik hoorde wat jullie twee is overkomen.
Jan kijkt naar zijn schoenen en een rode blos verschijnt op zijn wangen.
Na een korte stilte kijkt hij Fons en Jelle aan.
Fons senior en Bert weten hier niets van.
Het is al veel te lang mijn geheim en het moet nu van mijn hart. Heel ver heb ik het weg gestoken. Het erkennen van mijn homofilie en ervoor uit komen was erg, maar wat ik nu ga vertellen is erger……..het moet....
Ik ben misbruikt....door een pater van de internaat-school!
Jan staart hulpeloos naar het groepje mannen in de kamer. Iedereen is ontdaan.
Bert loopt naar Jan en slaat een arm om zijn schouders.
Dat wist ik niet...had het maar gezegd ....waarom heb je dit nou verzwegen....dit geheim moet als een zware last op je gedrukt hebben.. ..dit gaan we samen aan. 
Haperend begint Jan te vertellen:
Mijn ouders waren rijk. Mijn moeder was joods en mijn vader was katholiek. Als je rijke ouders had dan werd er van je verwacht dat je een opleiding ging volgen. Niet zomaar een school. Je ging naar een internaat waar je onderricht kreeg van paters.
Eens in de zoveel tijd mocht je naar huis. Ik was de jongste en had geluk. Normaal moest in katholieke gezinnen de oudste, pater of priester worden.
Raar eigenlijk, want in de tweede wereldoorlog was ik ineens joods volgens de duitsers, vanwege mijn moeder. Voor de tweede wereldoorlog zat ik op een internaat bij de paters……..
Voor Jan zijn ogen speelt de afschuwelijke herinnering en de geur.
Hij ruikt de geur van de pij en zweet en....vocht. Vocht uit het ding van de pater.
Zijn angstzweet. De pijn en niet meer kunnen zitten.
Schaamte....Zijn geloof....zoiets doet een priester of een pater toch niet....
Tien geboden en hoe zit het met het celibaat.
Hij moest me iedere keer hebben..... Ik was niet de enige.
Van onze hele klas heeft hij ze allemaal wel een keer gepakt.... Je zag het aan hun gezichten .
Wat katholiek.?…….pervers....walgelijk...van zijn geloof afgevallen...vies!
Ik heb lang het idee gehad dat ik daarom homofiel ben geworden.
Later ben ik wijzer geworden. Homofiel zijn zit in je, houden van mannen zit in je.
Jan klopt fier op zijn borst ter hoogte van zijn hart. Dat heeft niks te maken met misbruikt zijn.
Als jongeman heeft het me heel veel moeite gekost om met mannen om te gaan.
In de tweede wereldoorlog werd ik gedwongen om te vertrouwen op mensen.
Dat ze me niet zouden verraden.
Daar heb ik geleerd wie ik ben en dat ik het waard ben om op deze aarde te leven.
Toen ik Bert van Sölingen leerde kennen na de oorlog voelde het als een thuis komen.
Maar ik was bang. Niet voor hem, want ik wist dat hij me zou steunen door dik en dun.
Ik was bang voor mezelf. Bang dat het misbruik een rol ging spelen in onze relatie.
Daarom heb ik het verdrongen; Bert was en is te belangrijk voor mij.
Ik dacht dat ik het verwerkt had. Gewoon niet meer aan denken.
En toen kwam onze Fons. Hij vertelde van zijn kleinzoon en zijn goede vriend…
Niet langer kan ik zwijgen. Ik moet jullie helpen, met alles wat ik weet.
Mijn valkuilen mogen jullie valkuilen niet worden. 
Jullie twee prachtige mensen... Jan zijn stem stokt……
Opa van der Donk waarschuwt.... weten jullie nog... niet langer als tien minuten en dan over op een luchtiger onderwerp.
Jan heeft me zelf aangeraden om die afspraak met jullie te maken.
Jan, dat wil niet zeggen dat ik je verhaal niet uiterst serieus neem en ik bewonder je openheid en het vertrouwen dat je ons schenkt. Ik hoop dat we je kunnen ondersteunen en helpen, want het is niet niks wat je vertelt.
Bert slaat een arm om Jan zijn schouders….
Ho is even, niet zo snel, zegt Jelle met nadruk.
Iedereen kijkt Jelle verbaasd aan.
Er wordt nu heel gemakkelijk over het probleem heen gestapt.
Jan heeft wel mooi bijna zijn hele leven met dit geheim rond gelopen.
Bang dat hij anders behandeld wordt of zelfs geliefde mensen kwijt raakt als het bekend wordt.
En laten we nu eens naar het probleem van Fons en mij kijken.
Wij hebben al aardig ervaring opgedaan, hoe mensen reageren als je slachtoffer of de zoon van de dader bent.
Fons knikt. Je hebt gelijk! Het zou wel heel gemakkelijk uitkomen voor ons als we nu zouden zwijgen. Zoiets van ons geweten is gesust. Maar daar helpen we Jan en onszelf niet mee.
In elk geval wil ik over onze gevoelens praten. En daar schakel ik Bert en Opa van der Donk ook bij in.
Voor dit soort gesprekken is geen tijdslimiet, alleen als iemand van ons wil stoppen!

Share by: